Afbeelding
Foto:

Kleine plevier

Soms zijn er opmerkelijke verschillen tussen de gemeentes in de Oost-Achterhoek. Dat bleek toen ik bij een symposium was over de toestand van de natuur. Het werd georganiseerd door de Vogelwerkgroep Zuidoost-Achterhoek. In zeven lezingen over het fascinerende dierlijk leven werden opmerkelijke feiten gepresenteerd. Zoals het succesverhaal van de zeldzame bosvlinder de Keizersmantel, die vanuit zijn kerngebied bij de Steengroeve nu Aalten koloniseert. Het meest bijzonder vond ik echter het verhaal van de kleine plevier, die overal in het werkgebied van de Vogelwerkgroep broedt, behalve in de gemeente Aalten.

Die Vogelwerkgroep werd in 1973 in Winterswijk opgericht. De vogelstand werd vooral gevolgd in wat we nu het Nationaal Landschap Winterswijk noemen. Maar in 1989 werden de gemeenten Aalten, Dinxperlo en een deel van Lichtenvoorde toegevoegd aan het werkgebied. De reden was dat leden uit Winterswijk verhuisden naar Aalten en Lichtenvoorde. Om de verhuizers betrokken te houden werd het werkgebied vergroot. Het leidde daarna ook tot nieuwe leden uit de buurgemeenten.

Sindsdien worden er vogelgegevens verzameld van de hele Zuidoost-Achterhoek. Jaar in, jaar uit werden vele vogelgegevens verzameld. De fanatiekste vogelaar woont tegenwoordig zelfs in Bredevoort. Dagelijks is hij op pad om vogels te registreren met zijn camera. Al die elk jaar opnieuw verzamelde gegevens leiden tot mooie tabellen, grafieken en kaartjes waarin je in één oogopslag het wel en wee van een soort kunt volgen. Vrijdag werd het kaartje van de kleine plevier getoond. Die kwam in 1989 nog maar op één plek in het werkgebied van de Vogelwerkgebied voor: in de Steengroeve bij Winterswijk.

De kleine plevier is een pionier. De vogel houdt alleen van kale grond. Zodra de bodem te begroeid raakt is het diertje weer vertrokken. In die groeve, waar nog steeds kalk wordt gewonnen, was er altijd die kaalte en daarom broedt die er nog steeds. Maar sinds de jaren negentig wordt er overal nieuwe natuur ontwikkeld. Vaak wordt daarbij de voedselrijke zwarte bovenlaag verwijderd, waarna er enige jaren van die kale witte grond ligt waar de kleine plevier van houdt. Daarom is deze vogel een karakteristieke soort voor 'natuurwerk in uitvoering'. Daardoor komt de soort inmiddels op veel meer plekken voor in de Zuidoost-Achterhoek. Behalve in Aalten en Dinxperlo.

Ik herhaal het nog een keer voor de verantwoordelijk wethouder van natuur: geen kleine plevier in de gemeente Aalten. Het illustreert dat de gemeente, waarin zoveel voorbeeldig verloopt, op één gebied ernstig te kort schiet. Er wordt geen nieuwe natuur aangelegd. Het lijkt me daarom verstandig dat er onmiddellijk contact wordt opgenomen met de Aaltense leden van de Vogelwerkgroep. Die kunnen wel een aantal locaties voor natuurwerk in uitvoering aanwijzen. Zelf denk ik meteen aan de Keizersbeek. Laat die wat meer kronkelen en creëer aangrenzend een flink aantal gebieden met van die mooie kale witte grond en enkele plasjes. De kleine plevier zal dan eindelijk ook Aalten ontdekken.